Foutcode P0200 klinkt als “storing in het injectorcircuit”. Vaak kan de naam in OBD-2 scanner software de Engelse spelling “Injector Circuit Malfunction” hebben.
Technische beschrijving en decodering van fout P0200
Deze diagnostische foutcode (DTC) is een generieke code. Fout P0200 wordt beschouwd als een generieke code, omdat hij van toepassing is op alle merken en modellen voertuigen. Hoewel de specifieke reparatiestappen per model enigszins kunnen verschillen.
De PCM wisselt informatie uit en geeft opdrachten aan de brandstofinjectoren via een interne schakelaar die “driver” wordt genoemd. De controlemodule controleert elk bestuurderscircuit op fouten.
Wanneer de PCM bijvoorbeeld een commando geeft om een brandstofinjector “uit te schakelen”, verwacht hij een hoge spanning in het drivercircuit. Omgekeerd verwacht de brandstofinjector, wanneer hij een “aan”-commando ontvangt, een lage spanning in het drivercircuit.
Code P0200 betekent dat de motorregelmodule een storing in het brandstofinjectorcircuit heeft gedetecteerd. Het brandstofinjectorcircuit regelt de brandstofinjectoren en bepaalt hoeveel brandstof er nodig is en wanneer deze moet worden gespoten.
Deze code wordt ingesteld wanneer de ECU detecteert dat de werking van de sensor buiten het aanvaardbare bereik ligt voor de spanning of weerstand van het injectorcircuit. De controller start een failsafe modus die verdere schade voorkomt. Dit blijft zo totdat de fout is gecorrigeerd of een normale aflezing wordt waargenomen.
Storingsverschijnselen
Het belangrijkste symptoom van fout P0200 voor de bestuurder is het oplichten van het MIL (Malfunction Indicator Light). Het wordt ook wel Check engine of gewoon “motorcontrolelampje” genoemd.
Ze kunnen zich ook manifesteren als:
- Het controlelampje “Check engine” op het dashboard gaat branden (de code wordt in het geheugen van de ECU opgeslagen als een fout).
- Het motortoerental zweeft en het voertuig kan instabiel zijn.
- Verhoogd brandstofverbruik.
- De motor kan afslaan of slecht starten.
- Schokkerig/vonkend geluid bij stationair draaien of onder belasting.
- Slechte acceleratie.
- Zwarte rook uit de uitlaat.
De ernst van fout P0200 is bovengemiddeld, voorzichtigheid is geboden. Het voertuig kan een ernstig probleem hebben dat de veiligheid in gevaar kan brengen.
Oorzaken van de fout
Code P0200 kan betekenen dat een of meer van de volgende problemen zijn opgetreden:
- Open of kortgesloten injectorbedrading.
- Storing in de bestuurder.
- Open of kortgesloten injector driver circuit.
- De kabelboom wordt soms kortgesloten met onderdelen onder de motorkap.
- Soms is de oorzaak een defecte PCM module.
Hoe kan ik foutcode P0200 wissen of resetten
Enkele voorgestelde stappen voor het oplossen en corrigeren van foutcode P0200:
- Lees alle opgeslagen gegevens en foutcodes uit met een OBD-II scanner.
- Wis de foutcodes uit het geheugen van de computer.
- Maak een proefrit met het voertuig om te zien of fout P0200 opnieuw verschijnt.
- Inspecteer de brandstofinjectoren en bijbehorende draden en connectoren visueel op beschadigingen.
- Controleer de werking van de brandstofinjectoren.
- Controleer de spanning op de brandstofinjector.
- Controleer zo nodig de werking van de brandstofinjectoren op een speciale testbank.
- Test de motorbesturingsmodule (ECM).
Problemen diagnosticeren en oplossen
Start de diagnose van fout P0200 en controleer de aanwezigheid van batterijspanning (12 V) op de aansluitkabel van de injector. Als er geen spanning is, controleer dan met een testlamp of er continuïteit is met de aarde. Aangesloten op de pluskant van de batterij. Als het oplicht is er kortsluiting met de massa in het voedingscircuit.
Elimineer de kortsluiting in de spanningstoevoer en herstel de juiste accuspanning. Vergeet niet de zekering te controleren en zo nodig te vervangen.
Eén injector kan de accuspanning naar alle injectoren kortsluiten.
Als er accuspanning op de kabelboom van de injector staat, is de volgende stap het inschakelen van het licht om te controleren of de injectorbestuurder werkt. Installeer de lichtindicator in de injectorharnas in plaats van de brandstofinjector. Dit zal snel knipperen wanneer de injectordriver in werking is.
Controleer de weerstand van de brandstofinjector als u weerstandsspecificaties hebt. Als de weerstand boven of onder de nominale waarde ligt, moet de brandstofinjector worden vervangen. Als de injector de test doorstaat, is het probleem waarschijnlijk onstabiele bedrading.
Vergeet niet dat een brandstofinjector goed kan werken wanneer hij koud is, maar defect kan zijn wanneer hij warm is, of omgekeerd.
Controleer het harnas
Controleer de kabelboom op schuurplekken en de connector op losse contacten of een kapot slot. Zo nodig repareren en controleren of fout P0200 terugkeert.
Koppel de PCM-stekker los en maak verbinding met het brandstofinjectorbestuurderscircuit. Elke weerstand wijst op een probleem. Oneindige weerstand duidt op een breuk in het circuit. Zoek en repareer, en probeer het opnieuw.
Als u geen problemen vindt met de kabelboom, maar de brandstofinjector driver werkt niet, controleer dan de PCM voeding en massa. Als ze in orde zijn, kan de PCM zelf defect zijn.
Op welke voertuigen komt dit probleem vaker voor
Het probleem met code P0200 kan zich voordoen op verschillende machines, maar er zijn altijd statistieken over welke deze fout vaker voorkomt. Hier is een lijst van enkele van hen:
- Audi
- Chevrolet (Avalanche, Blazer, Silverado)
- Citroen (Berlingo)
- Dodge (Caravan)
- Ford (Focus, Transit)
- GMC (Sonoma)
- Jeep
- Kia (Rio)
- Lexus
- Mazda
- Mercedes-Benz
- Nissan (Safari)
- Opel (Astra, Corsa, Vectra, Vivaro)
- Peugeot (206, 406, Boxer)
- Renault (Trafic)
- Ssangyong
- Subaru (Crosstrek)
- Toyota (Avensis, Hilux, Prado)
- Volkswagen
Bij foutcode P0200 kunnen soms andere storingen optreden. De volgende zijn de meest voorkomende: P0101, P0107, P0108, P0201, P0202, P0203, P0204, P0300, P0303, P0304.
